Alles is liefde

Liefde… Je kunt er knap ongelukkig van worden. Als je er hevig naar verlangt, maar het niet krijgt. Als je liefde blijft stoppen in een bodemloze put en er komt alleen maar kou terug. Als je jaren van iemand gehouden hebt en diegene verdwijnt plotseling uit je leven. Om maar iets te noemen. ‘love hurts’, zongen de Everly brothers en velen na hen: liefde doet pijn, liefde verwond, liefde geeft littekens op je hart’. Niet voor niets een hit geworden, die song. Miljoenen smachtende harten voelen zich begrepen.

Liefde… je kunt er ook rationaal en nuchter naar kijken. Dan moet de liefde wel in evenwicht zijn: degene aan wie jij je liefde geeft moet ongeveer evenveel liefde terug geven. Je liefde heeft een bepaalde marktwaarde, en die wil jij ook terug. Zo niet, dan raakt de belans verstoord en kun je de relatie beter verbreken. Anders houd je niet genoeg van jezelf. En liefde voor jezelf is de basis. Geen speld tussen te krijgen.

Maar toch… toch weten we allemaal diep vanbinnen dat er ook een andere soort liefde bestaat, een liefde die eindeloos stroomt. Liefde die niet minder wordt, maar juist méér naarmate je er meer van uitdeelt, zomaar, gratis, zonder er iets voor terug te verlangen. Liefde die niet vraagt, maar geeft, en blijft geven, ook als er niets terug komt. Liefde die niet zwelgt in medelijden. Liefde die niet een gevoel is, maar een staat van zijn is. Mystieke liefde. Liefde waar zangers over zingen, waar dichters over dichten, waar goeroes over goeroeën. De geduldige, lankmoedige liefde die wordt beschreven in het beroemde bijbelvers 1 Korintiërs 13: ‘alles verdraagt ze, alles gelooft ze, alles hoopt ze, in alles volhardt ze.’ De liefde die nooit zal vergaan. Maar hoe…hoe…hoe…? Hoe kom je daaraan? Hoe krijg je die? Hoe voel je die? Wat moeten we ermee? Is het wel verstandig zo lief te hebben? Dat is toch niet de liefde die we in ons dagelijks leven om ons heen zien?
Toch wel. Want alles is liefde, en liefde is overal. Het is de liefde die de zon en de andere sterren beweegt, schreef Dante al aan het begin van de veertiende eeuw, als slotregel van zijn ‘Goddelijke commedie’. Liefde houdt de hemellichamen in hun baan – ja, dat is natuurlijk zo. Net zoals het liefde is -zwaartekracht- die ervoor zorgt dat we op moeder aarde blijven plakken en niet hulpeloos weg dwarrelen in de ruimte. Liefde registreerd de dans van de atomen; alle vormen in de materie hangen van liefde aan elkaar. Het is liefde voor het leven die er in de lente voor zorgt dat de moedereend weer met een sliert pulletjes door de sloten zwemt. En dat de bomen weer tooien met teergroen voorjaarsloof, zelfs al hebben ze in de winter staan zwiepen in een meedogenloze storm.

Een eindeloze verstrengeling
Alles is liefde, maar alles is niet dezelfde soort liefde. Griekse wijsheden zoals Socrates, Plato en Aristoteles begonnen in de vijfde eeuw voor Christus te denken, te praten en te schrijven over liefde als fenomeen. Liefde ontwikkeld zich, stelden zij, liefde groeit op. Je kunt er stadia in onderscheiden. Het ene stadium is niet beter of minder goed dan het andere, net zoals een baby niet slechter of beter is dan een puber of een volwassene. Maar de ene soort liefde is wel verder ontwikkeld dan de andere. Grofweg zijn er drie stadia. De laagste of primitiefste vorm van liefde is lichamelijk: de liefde die brand in je onderbuik. We houden van elkaars lichamen zoals bijen houden van honing, en al vrijend zorgen we ervoor dat ons soort blijft voort bestaan. De Grieken noemen het eros. Dat wat ons onweerstaanbaar naar elkaar toe drijft, altijd weer, in een eindeloze verstrengeling. Je begeert, je verlangt, je smacht, en je stort je erin als je het te pakken krijgt. Er valt veel te genieten – maar je kunt er ook door worden mee gesleurt en jezelf erin verliezen. Je bent eigenlijk alleen gelukkig als je in elkaars armen ligt. Het is wel een hebberige soort liefde. Op een hogere tree van ontwikkeling staat psychologische of zieleliefde: de liefde van de redelijke relaties, waarin je goed voor jezelf opkomt en oplet of je niet tekortkomt. Filia heet die liefde in het Grieks, wat je ook kunt vertalen in vriendschap – liefde tussen gelijken. Je geeft, maar vertrouwd er ook op dat je terug krijgt. Respect en bewondering horen erbij. En een gevoel van verplichting, want je kunt ‘r ook kwijtraken, als je je niet fatsoenlijk gedraagd. Er zit dus een zekere berekening in, of opportunisme. Ze is niet vrij van eigenbelang, deze liefde, en niet vrij van angst. De Grieken hadden overigens nog een ander woord voor dit soort liefde: storgè. Dat is liefde voor je eigen soort, je familie, alle mensen die je verdraagt omdat ze nu eenmaal bij je horen.

Bemind door het leven zelf
En dan is er nog, op de hoogste trap. De goddelijke liefde, de agapè in het Grieks. Dat is onvoorwaardelijke, belangenloze, angstloze liefde die de mystici kennen. De liefde van god voor de mensen, zeg maar, en de liefde van godvervulde mensen voor alles in het universum. Dat is de liefde die het ego overstijgt. Veel mensen hebben er wel eens een glimp van opgevangen, in een gevoel van eenheid met alles, bijvoorbeeld. Of in dankbaarheid voor het bestaan. Of in ontroering, als je tranen van vreugde omdat er iets goed gaat, omdat iemand iets moois zegt, doet of schrijft. Soms ervaren mensen die liefde zó diep en doordringend dat ze voorgoed veranderen. Wonderlijk genoeg is dat vaak als ze in de meest bodemloze en uitzichtloze ellende zitten en zich daar helemaal aan overgeven. Eckhart Tolle, de bekende goeroe van de kracht van het nu, was als jonge man zo depressief dat hij zelfmoord wilde plegen. ‘Ik kan niet meer met mezelf leven’ was de terugkerende gedachte. Plotseling besefte hij dat er dus twee Eckharts waren: de een kon niet meer met de ander leven. Hij spleet als het ware open, viel in een zwart gat, en toen hij daaruit wakker werd, was er alleen nog maar liefde om hem heen. Ook Byron Katie, bekent van the word, verteld over een dergelijke ervaring. Ze was zwaar depressief opgenomen in een instituut, waar ze op een ochtend wakker werd op de houten vloer – en ineens wist ze dat er alleen maar liefde bestond. En dat al het andere illusie is.
Zelf heb ik ook regelmatig dit goddelijke gevoel van liefde, tijdens het mediteren bijvoorbeeld, ik ben dan bewust dat we allemaal gemaakt zijn uit liefde. En dat we allemaal verbonden zijn, dat we elkaar zouden moeten accepteren wie we zijn. Of wanneer ik in de natuur ben en bewust leef in het nu, ook dan kan ik het voelen.
Ik weet dat liefde niet is zonder pijn. Liefde is juist de totale bereidheid om alle pijn te dragen die het leven nu eenmaal met zich meebrengt. Dat hoor je ook van de mystici, ‘Liefde op aarde is een mengeling van diepste pijn en opperst genot,’ zei spiritueel leraar Barry Long. Het is niet de liefde die pijn doet – dat is een vergissing van de songwriters. Het is eerder andersom: de liefde is dat wat in staat is de pijn te dragen.

Hoe groei je dan in die liefde als alles goed gaat, als je niet in een diepe depressie zit? Nou, door gewoon af te toe eens dapper een beetje van de normale pijn die je leven brengt, te dragen en te kijken of je het overleeft. Bijvoorbeeld door eens niet boos te worden als je je beledigd voelt. Door tegen jezelf te zeggen: ‘wacht even, dit is geen drama, dit is een komedie.’ En te glimlachen om jezelf. Door een als eerste ‘sorry’ te zeggen als je ruzie hebt gehad, en er niet mee te zitten als je dan misschien als de verliezer van deze ruzie de geschiedenis in gaat. Door erop te vertrouwen dat iemand het goed bedoelde, zelfs al kwam een opmerking er kwetsend uit. Door je slechte humeur weg te mediteren en het zonnetje te zijn in huis, ookal is je fiets gestolen of heb je een rotdag gehad op je werk. Door eens iets gratis weg te geven wat je ook had kunnen verkopen – je tijd, je talenten of je spullen. En te kijken of je daar echt zoveel armer van word. Door zomaar van mensen te gaan houden en niet te verwachten of te hopen dat ze ook van jou gaan houden. Door complimenten te geven die je meent, en je jaloezie op de prestaties van de ander te beheersen. En door aardige dingen over anderen te zeggen die er niet bij zijn en nooit zullen weten dat je die dingen over hen gezegd hebt. Dat zijn allemaal kleine beetjes goddelijke liefde – en je brengt er kleine beetjes hemel mee op aarde.

Liefs,

Angela

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: